Het ratio van het weerstandsvermogen is ten opzichte van de begroting 2023 gestegen van 3,3 naar 4,9. Deze stijging wordt mede veroorzaakt doordat het resultaat van de jaarrekening 2022 is toegevoegd aan de algemene reserve.
Eind 2023 vertoont de algemene reserve een saldo van € 30.614.000. Om te bepalen of dit voldoende is moet de relatie worden gelegd met de benodigde en beschikbare weerstandscapaciteit. De benodigde weerstandscapaciteit is afhankelijk van de risico’s en worden ingeschat op € 6.566.000. De beschikbare weerstandscapaciteit wordt gevormd door de algemene reserve tezamen met de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien. Voor 2023 is dit samen € 31.855.000.
De risico's zijn t.o.v. de begroting 2023 ongeveer gelijk gebleven.
Een uitgebreide toelichting op de weerstandscapaciteit staat in de paragraaf 4.2 “Weerstandsvermogen en risicobeheersing”.
Beschikbare weerstandscapaciteit: | 31.855.000 | ||||
---|---|---|---|---|---|
= ratio weerstandsvermogen | = | 4,9 | |||
Benodigde weerstandscapaciteit: | 6.566.000 | ||||
Ratio weerstandsvermogen | Rekening 2021 | Begroting 2023 | Rekening 2022 | Begroting 2024 | Rekening 2023 |
---|---|---|---|---|---|
Ratio | 3,1 | 3,6 | 3,8 | 4,0 | 4,9 |
Norm ratio | 1,0 | 1,0 | 1,0 | 1,0 | 1,0 |